Volgend jaar bestaat Heus Tractors honderd jaar. Bert en Hugo de Heus zijn de vierde generatie aan het hoofd van het bedrijf, dat in de voorbije eeuw tal van wisselingen en veranderingen onderging. “Grofweg elke zeven jaar verandert de markt”, vertelt Bert. “En wij veranderen mee.”
Tractors zijn niet het eerste wat je ziet als je op de dam komt bij Heus Tractors, aan de Stougjesdijk in Mijnsheerenland. Wat je het eerste ziet zijn rijen gele Eurotrac minishovels en wielladers. En vrachtwagens waar die machines zorgvuldig worden ingeladen. “Allemaal eigen import, die we verkopen in heel Europa”, vertelt Bert de Heus.
Tot een paar jaar geleden stond het op de dam nog wel bomvol tractors. Gebruikte, in alle soorten en maten, bestemd voor export naar vooral Afrika en Azië. Maar die activiteiten hebben de gebroeders Bert en Hugo de Heus op een laag pitje gezet. “We deden er op het hoogtepunt bijna drieduizend per jaar, die we overal vandaan haalden. Maar geen gebruikte tractor is hetzelfde”, legt Bert uit. “Dus overal kwam heel veel papierwerk en gedoe bij kijken. Bovendien liepen zowel de vraag als het aanbod terug. Azië en Afrika wilden mechanische tractors van dertig jaar oud. Die zijn er steeds minder. Bovendien werden nieuwe Chinese tractors een steeds grotere concurrent voor gebruikte.”
Daarom stapte het bedrijf over op nieuwe tractors, vanuit eigen import. “Veel minder gedoe, want er is geen discussie over.” Die tractors van de merken Arbos en Lovol staan niet meer voor op de dam, maar in indrukwekkend lange rijen achterin op het terrein. Toch nog altijd tegen de driehonderd stuks.
Eigen import
De nadruk kwam de afgelopen jaren steeds meer te liggen op de eigen import van Eurotrac-machines, naast nog een aantal andere merken. “We deden al eigen import van Vaia kiepwagens en hadden dus al een dealernetwerk. Van daaruit kwam steeds meer vraag naar minishovels en wiel- en knikladers. Met ons eigen merk bieden we kwaliteit en service én we hebben voorraad. Daarmee onderscheiden we ons en dat is de basis van het succes. Een enkele keer leveren we nog wel aan eindgebruikers, vooral uit de buurt, maar overwegend aan dealers.”
De switch van (gebruikte) tractors naar (nieuwe) wielladers was een ‘natuurlijke’ verschuiving, ingegeven door de markt. “Je moet niet blijven hangen in wat je altijd al deed als dat je niet meer dient”, vindt Bert de Heus. “Mijn overgrootvader en mijn opa wisten dat al, dat je niet bang hoeft te zijn om te switchen.”
Vierde generatie
De emaille letters op de bakstenen gevel van de oude loods op het terrein herinneren aan vroeger tijden, toen Piet de Heus samen met zijn zoon Huug kort na de oorlog begon met de handel in landbouwmachines. Die oude loods staat op de nominatie om tegen de vlakte gaan ten gunste van een nieuwe, moderne loods, maar die gevelletters willen de broers toch op een of andere manier terug laten komen, zeker met het oog op het honderdjarig bestaan. In 1922 was Piet begonnen als handelaar in lorren en oude metalen, maar doordat de vraag naar landbouwmachines na de oorlog sterk toenam, maakte hij die switch.
De derde generatie – Piet, Eddy en Jan de Heus – kwam in de jaren 60 in het bedrijf. Door de toenemende vraag richtten zij zich op Italië en begonnen met de import van merken als Bazzoli, Vaia, Bordin, Greco en OMCN. In de jaren 70 en 80 kwamen daar Nederlandse merken als Lely en PZ bij. De gebruikte machines die werden ingeruild en opgekocht, werden geëxporteerd. “Mijn vader en opa kochten harken en maaiers in Friesland en verkochten die in België, wat toen nog heel ver weg was.”
Eind jaren 80 raakten de landbouwmachines een beetje uit beeld, ten gunste van vooral gebruikte tractoren. Die werden overal in Europa opgekocht en weggezet eerst Amerika en daarna vooral Azië en Afrika. “Het is een voortdurende golfbeweging, die steeds verandert. In de jaren 90 gingen er elke maand scheepsladingen van naar Syrië. Nu helemaal niks meer”, zegt Bert.
Piketpaaltjes verzet
Als 12-, 13-jarige jochies hielpen Bert en Hugo de Heus hun vader en opa al in de zaak. “Toen was er ook nog een sloperij bij, en onderdelen van machines halen, was meer ‘leuk’ dan werk”, vertelt Bert. “We reden rond op de heftrucks en zetten tractors op hun plaats. Het was voor ons vanzelfsprekend om als vierde generatie in de zaak te komen.” Vader Eddy heeft ook nog altijd zitting in de directie.
Het waren Bert en Hugo die al jong de piketpaaltjes verzetten naar Azië en Noord-Amerika. “We gingen naar beurzen in India, Vietnam, Thailand, Mexico. Daar zagen we de nieuwigheden en de mogelijkheden, waardoor de im- en export is gaan lopen. We vinden het reizen leuk, maar vooral ook het directe contact met de mensen. Als ze je zien en kunnen aanspreken, vergroot dat de gunfactor. Dan zeggen ze makkelijker ‘ik bel die jongens van De Heus wel’ in plaats van dat ze een ander bellen. Op het moment is het containervervoer vanuit Azië echt een probleem, maar onder meer dankzij die contacten en de bijbehorende gunfactor, kunnen we wel de voorraad op peil houden en zaken blijven doen.”
Boxer Agri
Met Eurotrac sloeg Heus Tractors een jaar of tien geleden een nieuwe weg in, maar dat wil niet zeggen dat er niks meer gebeurt op het gebied van tractors en landbouwmachines. Behalve de tractors van de merken Arbos en Lovol voert De Heus onder het eigen merk Boxer Agri machines als maaiers en frezen door heel Europa. Het merk is vernoemd naar het gelijknamige hondenras. In een prachtig bronzen beeld is de boxer vereeuwigd aan wie de naam te danken is. Een van zijn opvolgers komt zich er tijdens het gesprek vrolijk kwispelend mee bemoeien.
Boxer Agri importeert lichte werktuigen voor op de tractor en lichte graafmachines. Een aanzienlijke voorraad machines, werktuigen en onderdelen ligt op voorraad, waardoor er altijd binnen vijf werkdagen geleverd kan worden. “Dat is onderdeel van de service waarvoor we garant staan”, stelt Bert. “Dat was al zo onder mijn grootvader en overgrootvader en dat zal nooit veranderen.”
Op de dam bij:
Heus Tractors
Stougjesdijk 153
3271 KB Mijnsheerenland
www.heustractors.com
info@heustractors.com
+31 (0)186 612333